Bekostigingsafspraken basisdienstverlening, deel 3

Bekostigingsafspraken basisdienstverlening, deel 3

Dan gaan we nu naar het onderdeel Basis dienstverlening bekostigen.

Hoe doen we dat?

Mijn naam is Martin Hekelaar, adviseur bij Berenschot.

We kijken naar vier bekostiging methodieken.

De eerste de P maal Q methodiek,

daarna de methodiek van

nacalculatie, de lumpsum methodiek

en we eindigen met een aantal voorbeelden voor de toepassing van rijksbijdragen.

Dus hoe kunnen we de rijksbijdrage gebruiken als bekostiging

voor de basis dienstverlening?

Is P maal Q. Nou PxQ

betekent dat gemeenten een afgesproken

prijs en afgesproken bedrag per eenheid gaan betalen.

Na afloop van het jaar.

Die prijs kan bijvoorbeeld integrale kostprijs zijn

of ook een geambieerde prijs, bijvoorbeeld de

het bedrag in de landelijke benchmark.

Nou, dit past heel erg in een opdrachtgever

opdrachtnemer relatie tussen het sociaal ontwikkelbedrijf

en de gemeente, meestal de afdeling Werk en Inkomen.

Voordeel is dat deze methodiek heel veel flexibiliteit geeft.

Je voelt als Werk en Inkomen en niet de druk

om bepaalde aantallen te realiseren.

Maar aan de kant van het sociaal ontwikkelbedrijf is er natuurlijk sprake

van onzekerheid

en worden die aantallen die we in de begroting hebben staan wel gerealiseerd

en krijgt men ook wel de opbrengst waar ik rekening mee heb gehouden?

En een nadeel is hier ook dat er hogere kosten gaan ontstaan als die vraag

als die aantallen achterblijven bij de verwachtingen.

Dus zeg maar het sturen op kosten en opbrengsten en op

aantallen wordt voor sociaal ontwikkelbedrijven een stuk lastiger.

Als vervolg van de PxQ methodiek?

Voor de Wsw gelden deze punten

overigens niet, want daar zijn de aantallen al gegeven.

Heeft x aantal Wsw’ers en je weet ook hoe die aantallen zich ongeveer

gaan ontwikkelen en dan weet je ook wat de opbrengsten zijn.

Daarnaast de nacalculatie systematiek.

Dat betekent dat je een bedrag krijgt na afloop van het jaar en dat

bedrag is gelijk precies aan de kosten die je hebt gemaakt

aan deze methodiek.

Als er veel vertrouwen bestaat tussen gemeente en het sociaal ontwikkelbedrijf

die heel erg passend is

en ook voor als je als gemeente niet te veel risico wil lopen dat

er geknepen gaat worden op de kwaliteit van de dienstverlening op het moment.

Als het bedrijf niet uitkomt met de kosten die de middelen

die beschikbaar zijn gesteld en want die kosten worden immers allemaal bekostigd.

Risico is natuurlijk wel

dat die kosten hoger worden dan verwacht en mogelijk heeft, want

het sociaal ontwikkelbedrijf weet goh, al mijn kosten worden toch vergoed.

Dat er misschien net even wat minder stimulans is om strak

te letten op de doelmatigheid om te kijken waar kan het goedkoper?

Lumpsum methodiek.

Daar krijg je ook een bedrag, maar vooraf aan het jaar.

Dus je

gaat kijken van wat zijn de begrote kosten van mijn sociaal ontwikkelbedrijf?

En dat is bijvoorbeeld € 10 miljoen.

En dan krijgt het sociaal ontwikkelbedrijf krijgt vooraf € 10 miljoen.

Dat is een lumpsum vergoeding.

Het grote voordeel is natuurlijk dat je qua bekostiging helemaal

weet waar je als sociaal ontwikkelbedrijf als gemeente aan toe bent.

Met name als je veel waarde hecht aan financiële beheersing.

En dan is dat een hele goede methodiek.

En ook als je niet allerlei afrekeningen en

nacalculatie na afloop wilt hebben, want het bedrag staat immers vast.

Het risico is hier

wel omdat je in een strak kader zit qua financiën

en dat de kwaliteit of het beleid onder druk kan komen te staan

op het moment dat de kosten hoger blijken te zijn dan je had verwacht

bij het maken van de begroting.